In dit op hoog tempo geschreven rapport – op verzoek van het ministerie – zijn de huisartsenzorg en wijkverpleegkundige zorg centraal gesteld vanwege hun spilfunctie in de eerstelijns zorg van oudsher. “Maar dit laat onverlet dat samenwerking met het sociaal domein essentieel is”, zegt Kremer. “Dit is verankerd in het derde uitgangspunt dat we benoemen: werk wijkgericht met speciale aandacht voor kwetsbare groepen.” Bogaerts vult aan: “Die samenwerking moet er nadrukkelijk zijn, om problemen die geen basis in de zorg hebben niet de zorg in te trekken. Maar we benadrukken ook het belang van de relatie met de samenleving. Denk bijvoorbeeld aan samenwerking met gemeentes, het goed inzetten van betrouwbare informatie als Thuisarts.nl en samenwerking tussen formele en informele zorg.”
Wat in het advies staat over preventie en wijkgericht werken, sluit goed aan op het Gezond en Actief Leven Akkoord. “De collectieve aanpak van preventie vanuit maatschappelijk domein is een mooi voorbeeld van wat vanuit de samenleving kan worden bewerkstelligd.”, zegt Kremer. “Ik denk dat er meer kracht in de samenleving zit dan nu wordt benut. Maar de basis op orde krijgen is iets wat geen enkele partij in zijn eentje voor elkaar gaat krijgen. Ons advies is daarom nadrukkelijk een boodschap aan alle partijen.” Bogaerts knikt en zegt: “Zorg en samenleving hebben elkaar voor dit vraagstuk heel hard nodig.”
Het hele artikel lezen? Download het hier!
De gezamenlijke verantwoordelijkheid om de basis op orde te brengen
Het rapport De basis op orde van de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS) maakt duidelijk dat de Raad zich grote zorgen maakt over de toekomstbestendigheid van de eerstelijns gezondheidszorg. In haar advies beschrijft ze vier uitgangspunten om de huidige zorgelijke situatie te keren. Die uitganspunten laten zich lezen als een opdracht aan de zorg (in bredere zin dan alleen de eerste lijn), de zorgverzekeraars, de overheid én de samenleving.